Koffi Niangoran, algemeen secretaris van FEDENASAC-Ivoorkust, een syndicalist, een vriend

Ivoorkust, het grootste cacaoproducerende land in de wereld, geteisterd door een burgeroorlog in 2011, migrerende werknemers die besmet dreigden te worden met het ebola virus in 2014, maar uit dit alles stond een groot vakbondsman op… Koffi of Akeke zoals we je ook wel durfden te noemen, je bijnaam als jonge voetballer… hier volgt je verhaal…

Je werkte als hoofdafgevaardigde van de socialistische vakbond UGTCI in Ivoorkust voor SYNA-CNRA, een onderzoeksinstituut voor cacao. Toen wij als HORVAL in 2011 het idee hadden om een duurzame chocoladeketen op poten te zetten en hiermee de kinderarbeid wilden bannen, was je maar al te bereid om hieraan mee te helpen.

Samen met Brahima Rabo, voorzitter van de transportvakbond uit Burkina Faso, besloten jullie om het probleem bij de oorsprong aan te pakken. Allerlei acties om de kinderhandel vanuit de buurlanden te stoppen. De resultaten bleven niet lang uit: kinderen werden gevonden die verstopt zaten in vrachtwagens en kinderhandelaren werden veroordeeld.

Je was ook kritisch naar de publiciteit van de grote multinationals over hun “goede praktijken”. Bij twijfelgevallen ging je de baan op en nam je foto’s. Kinderen horen thuis op de schoolbanken, in een school van de overheid, toegankelijk en betaalbaar voor iedereen en NIET georganiseerd en in handen van de bedrijfswereld.

Naarmate het project vorderde, richtte je binnen UGTCI de “landbouwcentrale” FEDENASAC-CI op. Je sprak andere sectoren aan: de mensen van de bananenplantages, de bloemenkweek, enz… Je zag het groots, je netwerk groeide en je sloot de nieuwe centrale aan bij IUF. Maar dit was het einde niet … de cacao gaat naar de verwerkende bedrijven. Daarover overlegde je met je vriend en collega Daniel Lombo. Hij organiseert de bedrijven in Ivoorkust zoals Cargill, Barry Callebaut, Nestlé, Cemoi,… Hier deden jullie hetzelfde. Van de verschillende bedrijfsvakbonden maakten jullie binnen UGTCI een centrale, FENSTIAA-CI genaamd. Om een duurzame cacaoketen te maken organiseerden jullie succesvolle uitwisselingen tussen de 2. Vanaf dit jaar werd het project zo groot dat Marie-Jeanne Kombo, specialiste bij UGTCI in kinderarbeid, als coördinatrice optrad. Zo kreeg je administratieve ondersteuning. 

Ook op de wereldcacaoconferenties drukte je je stempel. Je was een kenner van cacao, het was je wereld. Je bent erin opgegroeid. Vele bedrijfsleiders en vertegenwoordigers van verschillende overheden trokken dan ook grote ogen bij je specifiek gerichte vragen.

Onze militanten kenden je, je sprak hen toe op een federaal comité of op het HORVAL-congres. Je was altijd de juiste man, op de juiste plaats, op het juiste tijdstip.

We hadden nog zoveel ideeën en plannen, maar plots werd je ziek. In een land met weinig sociale bescherming, geen uitgebouwde zorgverlening stierf je aan een banale ziekte. Onze verslagenheid is groot. Hoe kon dit nu gebeuren? Konden we niet meer doen? Koffi, kameraad, met jou in gedachten zullen we blijven vechten en strijden zodat er geen kinderen meer moeten werken en dat werknemers wereldwijd een sociaal vangnet hebben. Rust zacht.

Silvie Mariën, internationale projecten

Tangui Cornu, co-voorzitter